5.7.5 P-TTL flitsen (Pentax)
Bij de P-TTL flitsfunctie wordt voorafgaand aan de eigenlijke
belichting een meetflits afgegeven. De camera evalueert
deze vooraf ontstoken meetflits en regelt de lichtafgifte van
de flitser voor de hoofdflits.
De flitser wordt door de camera automatisch op deze
modus ingesteld.
5.7.6. TTL met flits vooraf en ADI-meting (Sony)
Deze flitsfuncties worden bij de digitale Sony camera's
gebruikt en op de camera ingesteld.
Bij de opname worden voorafgaand aan de eigenlijke
belichting een of meerdere flitsen door de flitser afgegeven.
De camera evalueert deze vooraf ontstoken meetflits en
regelt de lichtafgifte van de flitser voor de hoofdflits.
Bij de ADI-meting worden bovendien afstandsgegevens van
het objectief in de flitsmeting mee betrokken.
De flitser stelt zich automatisch op de op de camera geko-
zen modus in.
5.7.7 Met de hand in te stellen correcties
op de flitsbelichting
De TTL-flitsbelichtingsautomatiek van de meeste camera’s is
afgestemd op een gemiddelde onderwerpsreflectie van 25%
(gemiddelde reflectie van te flitsen onderwerpen). Een don-
kere achtergrond die veel licht absorbeert, of een lichte
achtergrond die veel licht reflecteert kunnen tot resp. te rui-
me of te krappe belichting van het onderwerp leiden.
Om bovengenoemd effect te compenseren kan op sommige
camera’s de TTL-flitsbelichting met de hand met een correc-
tiewaarde worden aangepast aan de opnamesituatie. De
grootte van de correctiewaarde hangt af van het contrast
tussen onderwerp en achtergrond! De instelling van de cor-
rectiewaarde vindt op de camera plaats. Let hiervoor op de
aanwijzingen ten aanzien van de instellingen in de
gebruiksaanwijzing van de camera!
Donker onderwerp voor een lichte achtergrond: posi-
tieve correctiewaarde (ongeveer 1 tot 2 diafragma-
waarden). Licht onderwerp tegen een donkere ach-
☞
62
ń
707 47 0178.A2 36AF-4-CNOPS 05.06.2008 8:29 Uhr Seite 62