Nikon AF-S Camcorder User Manual


 
90
Nl
4. Scherpstellen
Stel de keuzeknop voor de scherpstelling van uw camera in aan de
hand van deze tabel.
Camera's
Camera's
scherpstelling
stand
Scherpstelstand van objectief
M/A M
D3, D2-serie, D1-serie, D300, D200,
D100, D80, D70-serie, D60, D50,
D40-serie, F6, F5, F4-serie, F100, F90X,
F90-serie, F80-serie, F75-serie, F70-serie,
F65-serie, Pronea 600i, Pronea S
AF
(C/S)
Autofocus met
handmatige
aanpassing en
prioriteiten
Handmatige
scherpstelling
(hulpverlichting
is beschikbaar.)
MF
Handmatige scherpstelling
(hulpverlichting is beschikbaar.)
F55-serie, F60-serie, F50-serie, F-801s,
F-801, F-601M, F-401x, F-401s, F-401
AF
(C/S)
MF
Handmatige scherpstelling
(hulpverlichting is beschikbaar,
behalve bij de F-601M.)
Autofocus handmatige aanpassing (M/A-stand)
a
Zet de belichtingsstand van de camera op "M/A".
b
U kunt autofocus handmatig aanpassen door
aan de scherpstelring te draaien terwijl u de
ontspanknop of de AF-startknop op de
camera of de scherpstelknop op de camera
half indrukt.
• Verwijder om de handmatige aanpassing op te heffen uw vinger
van de ontspanknop of de AF startknop op de camera, en druk
licht op de ontspanknop om terug te keren naar de autofocus-
functie.
5. Scherptediepte
De scherptediepte-indicatoren zijn in de afstandsindexlijn ingegraveerd. Van
dichtbij kan er echter op zo weinig
scherpgesteld worden dat het aan te raden
is de scherptedieptetabel te bekijken (op
pagina 150). Als uw camera een knop of
hendel heeft voor scherptedieptecontrole,
gebruik dit dan om de scherptediepte van
de zoeker te controleren.
Reproductiever-
houdingsschaal
Scherptediepte-indicatoren
Afstands-
indexlijn