120
Nl
c
Zet de camera uit, breng de
montage-indexen op het objectief
en de camera op gelijke hoogte en
draai het objectief naar links totdat
het vergrendeld is.(Afb. 4)
•
Het functioneren van de camera kan
negatief beïnvloed worden als u het
objectief aan de camera bevestigt
terwijl de camera ingeschakeld is.
5. Gebruik van de bajonet-zonnekap HB-41
Lijn de bevestigingsindex
( )
op de
zonnekap (een van de twee indexen) uit met
de montage-index op het objectief en draai
de zonnekap naar rechts totdat deze in de
klikstop vergrendelt.
• Zorg dat de montage-index is uitgelijnd
met de instelindex ( ).
• Als de zonnekap niet juist is bevestigd,
kan er vignettering optreden.
•
Om het bevestigen en verwijderen van de
zonnekap te vergemakkelijken, moet u deze onderaan vasthouden
rondom de bevestigingsindex voor de zonnekap, en niet bij de buitenrand.
•
Om de zonnekap op te bergen, bevestigt u deze omgekeerd op het objectief.
6. Belichting bepalen
Als u de Nikon D3-camera of D300-camera gebruikt
a
Zet shift en tilt op 0 door aan de shift- en
tiltknoppen te draaien.(Afb. 2)
b
Selecteer de belichtingsstand van de camera.
c
Bij de belichtingsstand A of M, moet u het
diafragma instellen met de diafragmaring of
de instelknop van de camera. Wanneer u de
instelknop van de camera gebruikt, moet u
het diafragma instellen op de kleinst mogelijke
diafragmavergrendeling (L) (Afb. 6).
Bij de stand P of S moet u het diafragma
instellen met de instelknop van de camera.
Afb. 4
Afb. 6
Afb. 5