Nikon D2H Camcorder User Manual


 
v
Berg het apparaat niet op met nafta- of
kamfermottenballen, dichtbij apparatuur die
sterke magnetisch velden produceert, of in
ruimten waar extreme temperaturen heersen,
zoals bijvoorbeeld bij een kachel of in een
afgesloten auto op een warme dag.
Om schimmel en meeldauw te voorkomen
dient u de camera tenminste één keer per
maand tevoorschijn te halen, aan te zetten
en de ontspanknop een paar keer in te druk-
ken.
Berg de batterij op op een koele, droge plaats.
Plaats de beschermkap terug voordat u de
batterij opbergt.
Opmerkingen over de monitor
• De monitor kan een aantal pixels bevatten die
altijd oplichten of in het geheel niet oplichten.
Dit is voor TFT LCD-monitoren gebruikelijk en
wijst niet op een storing. Foto’s die met de
camera zijn gemaakt worden hier niet door
beïnvloed.
Bij helder licht kunnen de beelden op de mo-
nitor moeilijk te zien zijn.
Oefen geen druk uit op de monitor, aange-
zien dit schade of storing tot gevolg kan heb-
ben. Stof of pluizen op de monitor kunnen
worden verwijderd met een blaaskwastje.
Vlekken kunnen worden verwijderd door het
oppervlak zachtjes schoon te wrijven met een
zachte doek of zeem.
Mocht de monitor breken, pas dan op dat nie-
mand zich verwondt aan het gebroken glas
en dat het vloeibare kristal uit de monitor
niet in aanraking komt met de huid, ogen of
mond.
Plaats de beschermkap terug op de monitor
wanneer u de camera vervoert of onbewaakt
achterlaat.
Schakel de camera uit voordat u de batterij
verwijdert of de lichtnetadapter afkoppelt
Haal de stekker van de camera niet uit het stop-
contact en verwijder de batterij niet wanneer de
camera aanstaat, of wanneer er beelden worden
opgeslagen in of verwijderd uit het geheugen.
Wordt de stroom naar de camera onder deze
omstandigheden abrupt onderbroken, dan kan
dit leiden tot informatieverlies of beschadiging
van de interne schakelingen of het geheugen.
Om te voorkomen dat de stroom per ongeluk
wordt onderbroken, dient u het product niet
van de ene plaats naar de andere te dragen
terwijl de lichtnetadapter aangesloten is.
Batterijen
Controleer de batterijconditie op het LCD-
venster wanneer u de camera aanzet om te
bepalen of de batterij vervangen moet wor-
den. Wanneer de batterijspanningindicator
knippert moet de batterij worden vervangen.
• Zorg dat u altijd een volledig opgeladen reser-
vebatterij bij u heeft wanneer u bij belangrijke
gelegenheden foto’s maakt. Afhankelijk van
de locatie waar u zich bevindt kan het moei-
lijk zijn om snel even een reservebatterij te
kopen.
Op koude dagen neemt de prestatie van bat-
terijen vaak af. Zorg dat de batterij volledig
opgeladen is voordat u bij koud weer buiten
foto’s maakt. Bewaar een reservebatterij op
een warme plaats en wissel de twee zo nodig
om. Wanneer een koude batterij eenmaal op-
gewarmd is, neemt het vermogen vaak weer
wat toe.
Mochten de batterijpolen vuil worden, veeg
ze dan vóór gebruik schoon met een schone,
droge doek.
Plaats nadat u de batterij uit de camera heeft
genomen het beschermkapje terug op de
batterij.
Geheugenkaarten
Schakel de stroom uit voordat u een ge-
heugenkaart in de camera plaatst of uit de
camera verwijdert. Als u een geheugenkaart
inbrengt of verwijdert wanneer de stroom
ingeschakeld is, kan hij onbruikbaar worden.
Plaats de geheugenkaart
zoals rechts afgebeeld
in de camera. Wanneer
u een geheugenkaart
ondersteboven of ach-
terstevoren in de camera
plaatst, kunnen de camera
en de kaart beschadigd
raken.