Metz AF-1 Camera Flash User Manual


 
ń
Het instellen
• Druk zo vaak op de toetscombinatie ‘Select’, dat alleen de afstandsdimensie
‘m’ of ‘ft’ knippert. Stel met de toetsen ( + ) en ( - ) de gewenste instelling in.
- Bij de aanduiding ‘m’ staat de afstandsaanduiding in meters.
- Bij de aanduiding ‘ft’ staat de afstandsaanduiding in feet.
De instelling treedt onmiddellijk in werking. Na ong. 5 seconden houdt de aan-
duiding op te knipperen en wordt de instelling automatisch opgeslagen.
9.8 Synchronisatie bij het dichtgaan van de sluiter (REAR)
Sommige camera's bieden de mogelijkheid de flitser te synchroniseren bij het
dichtgaan van de sluiter (zie 11.3).
Het instellen
• Tip de ontspanknop op de camera aan, zodat er een uitwisseling van gege-
vens tussen camera en flitser plaats kan vinden.
• Druk zo vaak op de toetscombinatie 'Select', dat 'REAR' knipperend wordt
aangegeven.
• Stel met de toetsen (+) en (-) dan de gewenste instelling in.
- Bij de aanduiding 'REAR On' is de synchronisatie bij het dichtgaan van de
sluiter geactiveerd (REAR-functie).
- Bij de aanduiding 'REAR Off' is de synchronisatie bij het dichtgaan van de
sluiter gedeactiveerd.
De instelling treedt onmiddellijk in werking. Na ong. 5 seconden houdt de aan-
duiding op te knipperen en wordt de instelling opgeslagen. Na het activeren van
de synchronisatie bij het dichtgaan van de sluiter wordt in het display 'REAR'
aangegeven.
Als op de flitser de synchronisatie bij korte belichtingstijden FP, c.q. HSS
(zie 7.3) ingesteld is, kan synchronisatie bij het dichtgaan van de sluiter
niet worden geactiveerd!
9.9 Aanpassing aan het opnameformaat (S Zoom)
Bij sommige typen digitale camera's kan de aanduiding voor de stand van de
hoofdreflector worden aangepast aan het formaat van de opnamechip (de afme-
tingen van het opname-element) met de functie zoommaat ('SZoom').
Het instellen
• Tip de ontspanknop op de camera aan, zodat er een uitwisseling van gege-
vens tussen camera en flitser plaats kan vinden.
• Druk zo vaak op de toetscombinatie 'Select', dat 'Zoom' wordt aangegeven en
'S' knippert.
• Stel met de toetsen (+) en (-) de gewenste instelling in.
- Bij de aanduiding 'S On' is de instelling van de zoommaat geactiveerd.
- Bij de aanduiding 'S Off' is de instelling van de zoommaat gedeactiveerd.
De instelling treedt onmiddellijk in werking. Na ong. 5 seconden houdt de aan-
duiding op te knipperen en wordt de instelling automatisch opgeslagen. Na het
activeren van de instelling van de zoommaat wordt in het display 'S' aangege-
ven.
Bij camera's die de aanpassing aan het opnameformaat niet ondersteu-
nen kan de functie van instelling van de zoommaat niet worden inge-
steld!
10 Flitstechnieken
10.1 Indirect flitsen
Door indirect te flitsen wordt het onderwerp zachter verlicht en een anders
nadrukkelijke schaduw gemilderd. Bovendien wordt natuurkundig bepaalde lich-
tafval van voor- naar achtergrond verminderd.
Om indirect te kunnen flitsen kan de hoofdreflector van de flitser horizontaal
en verticaal worden gezwenkt. Ter voorkoming van kleurzwemen in de opnamen
moet het reflecterende vlak neutraal van kleur, c.q. wit zijn.
59
707 47 0057.A2 Inh. 48AF-1C 18.09.2007 16:38 Uhr Seite 59